Uruk en de eerste steden (3750-3150 v.C.)

Uruk wordt beschouwd als de eerste echte stad De stad lag te midden van moerassen waar volop vis en gevogelte te vangen was. In de loop van het vierde millennium was er een grote bevolkingstoename. De toenemende bedrijvigheid trok mensen uit de wijde omgeving aan en op zijn hoogtepunt telde Uruk ongeveer 40000 inwoners. 

Om vreedzaam te kunnen samenleven groeide de behoefde aan een gemeenschappelijke identiteit, niet gebaseerd op familieverwantschap, maar op het inwonerschap van de stad. Daarvoor was een symbool nodig waar iedereen belang aan hechtte: de hemelgod Anu eb de vruchtbaarheidsgodin Inanna werden verheven tot beschermgoden van de stad.

Om te bemiddelen tussen de goden en de inwoners van Uruk werd 1 man aangesteld als priester-koning. Om de tempelgebouwen te onderhouden en de offerceremoniën te leiden, ontstond een instelling: ‘de tempel’. Dit instituut kon van de inwoners eisen dat ze een deel van hun oogsten afstonden. De tempel bezat bovendien een groot deel van de landbouwgrond rond de stad en had veel mensen in dienst. Om de administratie hiervan in goede banen te leiden werd het schrift ontwikkeld en kwam een bureaucratie tot stand.

In de loop van het vierde millennium bleef de tempel de enige werkelijke autoriteit binnen de stadstaat. De sociale en economische verschillen tussen de inwoners waren eerder klein.

Uruk was niet uniek. Tegelijkertijd ontstonden ook andere dichtbevolkte en economisch dynamische steden: Eridu, Nippur,Ur,Lagash, Umma,…

Wie waren de inwoners van deze steden? Het Soemerische volk: een nieuwe bevolkingsgroep die bij aankomst in Mesopotamië de sociale, culturele en technische veranderingen van deze Uruk periode mogelijk maakte of een volk dat al lang ( 5000 v.C.) in Zuid-Mesopotamië woonde?

 

Göbekli Tipe

In 1994 werden in Göbekli Tepe in Zuidoost Turkije monumentale ‘gemeenschapshuizen’ ontdekt, die tussen 9600 en 8500 v.C. zijn gebouwd.

In Zuidoost Turkije, in het midden van de Vruchtbare Halvemaan, waren de omstandigheden voor de transitie van jagers-verzamelaars naar sedimentair levende boeren, ideaal. Hier was de laatste ijstijd als eerste ten einde gekomen.. Hogere temperaturen en meer neerslag zorgden voor vruchtbaar land. daardoor konden mensen in steeds grotere groepen bijeenkomen.

Door de vorm van de gebouwen en de aanwezigheid van mysterieuze dierenreliëfs werden de veelal ronde gebouwen als tempels beschouwd. Kenmerkend voor de gebouwen zijn de T-vormige pilaren, die bij de oudste zo’n 5,5 meter oogwaden en tot 50 ton wogen. 

Gobekli tepe

jagers-verzamelaars

tas tepeler